Theo “Okito” Bamberg, (Amsterdam, 15 juli 1875 – Chicago, 28 juni 1963). Theo was de zoon van David Tobias (1843 – 1914) en werd geboren als Tobias Leendert Bamberg.
Theo was getrouwd met Lilian Maud Poole. Ze hadden een zoon, David Tobias (Derby, 19 februari 1904 – Buenos Aires, 19 augustus 1974), een dochter, Theodora Julianna (Brooklyn, 2 maart 1911) en een zoon Donald (Don) Bamberg (New York, 30 januari 1920).
Autobiografie (1925)
Theo schreef in 1925 zijn autobiografie en daaruit (vertaald):
‘Eliaser Bamberg had één zoon. David Leendert had er vier – twee werden acteur en twee goochelaar. Tobias had een zoon en die had zes zonen – die op dit moment allemaal leven. Drie van hen zijn goochelaar en wel Emile, die gespecialiseerd is in trucs die hij op feesten en dergelijk laat zien; Edward, die nieuwe goocheltrucs in Amerika introduceert en dat al vijftien jaar doet, en ikzelf, en ik ben al vijfendertig jaar goochelaar.
Ik heb twee zoons en een dochter. Mijn oudste zoon David stond voor het eerst op het podium in Rusland. Nadat hij zijn opleiding in Amerika had afgemaakt ging hij bij Julius Zancig werken, de wereldberoemde telepatist. Hij werkte een aantal jaren met hem samen en vertrok toen naar Engeland.
In 1921 kwam hij terug naar Amerika en trad daar met verschillende goochelacts op. Uiteindelijk ging David weer naar het buitenland om het succes achterna te jagen en hij presenteerde een origineel schaduwspel in Wenen. Met deze act reisde hij door heel Europa. Op dit moment werken we weer samen in hetzelfde programma en ik leer David de Chinese goochelkunsten.
Donald, geboren in 1920, is mijn andere zoon. Hij is nu nog te klein om in de shows mee te doen en mijn dochter Dorothy zit op dit moment op een kostschool in Noord-Oostenrijk.
Ik herinner me dat, toen ik nog jong was, ik me realiseerde dat het succes voor mij veel verder lag dan in mijn kleine Nederland. Mijn vader had een geweldige reputatie als illusionist aan het Nederlandse Hof. Deze eer zorgde ervoor dat hij een wapenschild boven onze voordeur mocht hangen. Zijn relaties met de Koninklijke familie gaven hem toegang tot de high society in Nederland. Zijn programma was zeer verfijnd en heel modern.
Ik wilde echter de wereld zien, en aan het einde van de 19e eeuw begon ik met een kleine Japanse act. Ik adopteerde de naam Okito, in het Japans betekent dat goochelaar of wonderdoener. Ik werd redelijk succesvol, en ik vergrootte mijn act later door een zwart geschminkte komediant toe te voegen. De act werd toen “Okito & Polishing” genoemd. In 1900, gedurende een engagement bij het Theatre des Folies Marigny in Parijs leerde ik deze kaarten-artiest kennen die met een groot succes werkte met een kleine zwarte jongen. Dit werd een warme vriendschap. Ik heb het nu over Howard Thurston, nu een van de grootste illusionisten in de VS.
Ik ging terug naar Nederland en ik vergrootte de act door er drie mensen aan toe te voegen en het een Chinees karakter te geven. Ik hield de naar Okito echter vast en toen gaf me dat al een steeds grotere reputatie. Ik reisde met de act door heel Europa en het grootste succes kwam in Engeland tussen 1902 en 1904. Ik zou eerst 1 week in het Palace Theatre staan in London, die werd verlengd tot uiteindelijk 16 weken. Hier had ik de eer om op te mogen treden voor de Prins van Wales (de latere Koning Edward VII) die in gezelschap was van de Sjah van Perzië. Ik speelde voor een lange periode in elk groot theater in Londen:
Acht weken in de Alhambra, acht weken in de Oxford, vier weken in de Pavilion, vier weken in het Tivoli, acht weken in het Coliseum waarna ik de Moss & Stall tour deed en de Barris Ford & Livermore tour, die nu niet meer bestaan.
In 1903 trouwde ik en met mijn vrouw en broer keerde ik terug naar het continent waar ik tot 1908 bleef spelen.
In 1908 sloot ik een contract met het Orpheum Circuit in Amerika en in oktober van dat jaar kwam ik in New York aan. Ik begon mijn tour daar in Sint Paul en toerde de Verenigde Staten van kust tot kust.
Gedurende de jaren dat ik reisde kon ik wat geld sparen. Nadat ik het reizen moe werd opende ik de Bamberg Magic & Novelty Co. op 1193 Broadway in New York in 1909. Het lot heeft echter nooit bepaald dat ik een winkelier zou moeten zijn. Als ik deze winkel echter doorgezet zou hebben was het vast een succes geworden. Ik kwam echter helaas terecht in een moeizame samenwerking, ik verloor de klanten en de omzet liep terug. Ik liet mezelf uitkopen.
Hierna begon ik met een nieuwe act en reisde daarmee door de Verenigde Staten en Canada. Ik begon weer met een winkel en tot 1919 was deze winkel zeer winstgevend. Ik kocht een mooi huis in New York en de apparaten die ik produceerde maakte ik vooral voor goede amateur-illusionisten in Amerika.
In 1919 kreeg ik inspiratie om weer een Chinese act op te zetten. In juni 1919 reisde ik naar Zuid Amerika en ik had daar onmiddellijk succes. Ik februari 1920 ging ik naar Engeland en vandaar deed ik weer een tour door Afrika. Daarna ging ik weer terug naar Engeland en reisde naar India, Egypte, China, Thailand (Siam) en het Verre Oosten.
Ik ging terug naar Europa en had sensationele optredens in Duitsland. In dat land had ik mijn eerste engagement, dertig jaar eerder als jonge jongen. Mijn première was in de Wintergarten in Berlijn waar ik een enorm succes had.
Ik was de eerste illusionist die in Europa na de oorlog (de eerste wereldoorlog) optrad. Ik ben hierna nog drie keer terug geweest naar de Winter Garten en drie keer naar het Scala, het grootste theater van Berlijn. Tijdens mijn eerste optreden in de Winter Garten werden optreden daar voor drie jaar vastgelegd en vanaf november 1922 tot vandaag ben ik geen dag zonder engagement geweest. Het is natuurlijk fijner om een engagement van een jaar te hebben dan elk maand in een ander theater te moeten beginnen. Nadat ik mijn reputatie in Amerika gevestigd had als uitvinder, bouwer, ontwerper, schilder en exclusieve apparaten voor de illusionie was ik nu in staat om de meest exclusieve illusies uit te voeren. Ik heb daarom nu, zonder twijfel, de meest kostbare illusionisten-show ter wereld.
Mijn show is nu op haar hoogtepunt. Ik heb een enorme verzameling van authentieke Chinese kostuums, een fortuin waard. Ik werk 45 minuten in een hoog tempo waarbij de ene na de andere truc elkaar opvolgt. Ik heb 2000 kg bagage voor deze show.
In september van dit jaar ga ik in het grootste theater van Europa spelen, het Paris Empire, in de stad waar ik 25 jaar geleden in een achteraf zaaltje speelde. Ik kom nu terug als de grootste en duurste act, in het grootste theater in de grootste stad op het continent. Dit is zeer bevredigend. Mijn succes in Wenen was ook groots, en ik kreeg een staande ovatie in Boedapest.
Het leven is niet altijd makkelijk voor me geweest en na vele jaren van worstelen en ontmoediging ben ik eindelijk op het hoogtepunt van mijn carrière en ik wil hier een krant uit Hongarije van 3 april jl. aanhalen:
“De lachende Chinees, met zijn gezicht als gesneden geel ivoor, is zonder twijfel het grootste levende lid van de mysteries van de Orient”.
Wenen, juli 1925.
Theo Bamberg – Okito‘.
Overlijden – In memoriam De Telegraaf 29 juni 1963
OKITO IN CHICAGO OVERLEDEN
DEN HAAG, zaterdag is in Chicago is op 88-jarige leeftijd overleden de goochelaar Okito, wiens werkelijke naam Theo Bamberg was. De heer Bamberg, geboren in Nederland, was de zesde generatie in een goochelaarsfamilie. Van zijn twaalfde jaar af heeft hij op de Bühne gestaan en als Chinees goochelaar is hij over de hele wereld getrokken. Hij trad op voor verschillende koninklijke huizen en maakte kennis met bekendheden zoals Edison en Conan Doyle.
In 1939, vlak voor het uitbreken van de 2e Wereldoorlog, vertrok hij naar Mexico. Hij is sindsdien niet meer in Nederland terug geweest. De laatste tien jaar woonde de heer Bamberg in Chicago.
bron:
www.okito.nl (deel van de biografie, vertaald).
De Telegraaf, in memoriam, 26 juni 1963.
Stadsarchief Amsterdam, Tobias Leendert Bamberg, Bevolkingsregister 1874-1893, archiefnummer 5000, inventarisnummer 1556
gepubliceerd:
23 april 2016
laatst bijgewerkt:
23 januari 2022