Op 15 november 1936 werd op de Ruyschstraat 7huis en bovenhuis een “tehuis voor ouden van dagen en hulpbehoevenden” geopend. Dit particuliere bejaardenhuis werd geleid door broeder David Bierman en zijn vrouw zuster Johanna Bierman-Levy. Van de zomer 1936 tot aan 13 november 1936 was dit bedrijf gevestigd op de Tilanusstraat 81-1.
David Bierman werd geboren in Amsterdam op 22 april 1909 en Johanna Levy in Gymnich bij Erfstadt in Duitsland op 19 oktober 1907. David en Johanna trouwden in juni 1936. De huwelijksreis ging naar Rotterdam, naar de oom en tante van David, Isaac en Clara Costima- Pais, de grootouders van Monique Costima, die op de Nolensstraat 31b woonden. De vader van David, Abraham Bierman, was in 1906 getuige geweest bij het huwelijk van Isaac en Clara Costima.
In 1939 waren Johanna en David nog steeds de eigenaren van het tehuis volgens de adresboeken van Amsterdam. David en Johanna zijn aan de bezetter ontkomen. Op 16 januari 1942 doet een David Bierman aangifte bij de politie van Amsterdam van het ontvreemden van zijn portefeuille met ƒ 200,- erin (het maximale bedrag dat een Jood volgens de toen geldende maatregelen van de bezetter bij zich mocht hebben), een Nederlands paspoort en het persoonsbewijs. Dit zou ontvreemd zijn tijdens de treinreis van Bussum naar Amsterdam tussen 13 uur en 13.30 uur. Of dit deze David is? Naar alle waarschijnlijkheid wel. De leeftijd klopt, en het verlies van alle papieren, inclusief paspoort en persoonsbewijs, kan wel eens opzet zijn geweest om nieuwe papieren te verkrijgen.
David en Johanna zijn in de onderduik gegaan. Ze hebben op verschillende schuiladressen gezeten, waarvan er één in Amsterdam is waar zelfs nu de kinderen en kleinkinderen van David en Johanna nog altijd langsgaan wanneer ze in Nederland zijn, en ze hebben nog contact met de zoon van het echtpaar waar David en Johanna ondergedoken hebben gezeten.
David en Johanna kregen in 1938 dochter Henny, in 1942 dochter Karin en in 1948 in Venezuela zoon Alberto. De beiden dochters hebben apart ondergedoken gezeten van hun ouders.
In 1946 vertrok het gezin naar Venezuela, ze wilden niet meer in Nederland blijven. Vrijwel alle familieleden waren vermoord, behalve een aantal neven en nichten. Ze gingen naar Venezuela omdat Johanna daar een nicht had wonen. Ze hebben daar tot hun dood gewoond, zowel Johanna als David overleden in Caracas, Johanna in 1984 en David op 1 december 1990.
Via internet kwam Monique Costima in contact met haar familie nadat ze Alberto in 2007 eerst een bericht had gestuurd. Hij stuurde het door naar zijn neef Avi in Israël. Zijn moeder Henny was toevallig ook in Israël, ze zijn toen een paar dagen overgekomen naar Nederland. Monique ontmoette in 2008 Alberto en de rest van de familie in Israël, bij de Bar Mitswa van de zoon van Avi. En er is nog steeds contact met de families die in Venezuela, Houston en Israël wonen.
De bewoners van het tehuis is het veel slechter vergaan. Het was een tehuis voor ouden van dagen en hulpbehoevenden en tijdens de oorlog zijn bewoners in Amsterdam overleden en daarnaast in de kampen vermoord. Aan de data waarop het grootste deel van de bewoners vermoord is moet het tehuis eind januari / begin februari zijn “leeggehaald” (waarschijnlijk op 26 of 27 januari) en is een groot deel van de bewoners op 2 februari 1943 vanuit Westerbork met het 48e transport naar Auschwitz (890 personen) gedeporteerd.
De overledenen in Amsterdam waren:
Machiel Brilleslijper (Amsterdam, 18 maart 1854 – Amsterdam, 19 maart 1941), Moritz Benjamins (Amsterdam, 25 november 1857 – Amsterdam, 21 februari 1942), Gerrit Aandagt (Amsterdam, 11 oktober 1858 – Amsterdam, 10 juli 1941), Henriette Fransiska van Dam (Zwolle, 14 januari 1862 – Amsterdam, 4 december 1942), Mietje Springer – Appelboom (Amsterdam, 3 augustus 1865 – Amsterdam, 20 juli 1942), David Beesemer (Amsterdam, 27 mei 1866 – Amsterdam, 20 juli 1942),
Benjamin van Beets (Amsterdam, 19 september 1868 – Amsterdam, 18 november 1940), Rachel van der Horst – Nabarro (Amsterdam, 31 augustus 1869 – Amsterdam, 17 december 1940) en Roosje Trompetter – Rijksman (Londen, 11 april 1875 – Amsterdam, 26 augustus 1941),
Eén bewoner is in Apeldoorn overleden:
Rachel Hogentoren (Amsterdam, 11 maart 1870 – Apeldoorn, 18 april 1941)
In de kampen werden vermoord:
Hindrikje Noord-Salomons (Groningen, 17 december 1846 – Auschwitz, 5 februari 1943), Judikje Witmondt-de Jongh (Alkmaar, 16 mei 1860 – Auschwitz, 5 februari 1943), Vrouwtje Aarons-Komkommer (Amsterdam, 16 juni 1863 – Auschwitz, 5 februari 1943), Clara Kolthoff-Kater (Amsterdam, 27 september 1864 – Auschwitz, 5 februari 1943), Lotje Lisser (Amsterdam, 16 maart 1870 – Auschwitz, 5 februari 1943), Minkje van Gelder-Cohen (Borger, 20 mei 1873 – Auschwitz, 17 september 1943), Branca Kleerkoper (Amsterdam, 20 maart 1875 – Auschwitz, 5 februari 1943), Klaartje Ryksman (Amsterdam, 29 december1876 – Auschwitz, 12 februari 1943), Sientje da Costa da Fonseca – Lootje (Amsterdam, 12 november 1877 – Auschwitz, 27 augustus 1943), Joseph Velmans (Amsterdam, 2 februari 1878 – Sobibor, 28 mei 1943), Regina Cahn (Sittard, 13 juli 1878 – Auschwitz, 5 februari 1943), Naatje Brilleslijper (Amsterdam, 15 december 1883 – Auschwitz, 14 september 1943), Cato Mug (Amsterdam, 8 februari 1884 – Auschwitz, 25 januari 1943) en Antje Bos (Amsterdam, 17 oktober 1890 – Auschwitz, 5 februari 1943).
bron:
Nieuw Israëlietisch Weekblad, 6 november 1936, opening
ibidem, 26 juni 1936, dank voor huwelijkswensen – familiebericht.
stadsarchief Amsterdam, adresboek 1939
stadsarchief Amsterdam, politierapport David Bierman
stadsarchief Amsterdam, gezinskaart David Bierman
www.joodsamsterdam.nl, tijdbalk deportaties (geraadpleegd 10 september 2015)
Illustratie:
Nieuw Israëlietisch Weekblad, 6 november 1936, opening
foto Ruyschstraat 7 © joodsamsterdam.nl, 11 september 2015
Aanvullingen
13 september 2015 door Monique Costima. David Bierman was de neef van haar vader David Costima (1906-2004). Met dank aan Monique Costima.
gepubliceerd
10 september 2015
Laatst bijgewerkt:
25 februari 2024