Samuel (Salo) Landau werd in Bochnia, Polen, geboren op 1 april 1903 als oudste zoon van Chaskiel Monderer (Chrzanow, 19 april 1878) en Genendel Monderer (Uskie Solne, 28 april 1881). In de Eerste Wereldoorlog vluchtte het gezin met toen negen kinderen naar Wenen, en omdat er in Wenen erge honger werd geleden stuurde vader Landau zijn zoon naar vrienden in Rotterdam. Salo leerde hier schaken en schreef een aantal schaakboeken. In 1920 vestigden kwam ook het gezin van Chaskiel en Genendel naar Rotterdam en vestigde zich op de Oppert 163b vanaf 1930 op 65c. In 1923 werd Salo lid van De Nederlandschen Schaakbond.
Salo trouwde met Susanna van Creveld (Rotterdam, 6 juni 1912 – Auschwitz, 14 oktober 1944) en ze kregen één dochter, Henriette Renee (Amsterdam, 28 november 1938 – Auschwitz, 14 oktober 1944). In september 1935 zijn ze naar Amsterdam vertrokken. In eerste instantie naar Vijzelstraat 98, in 1941 wonen ze op het Sarphatipark 31.
Salo leerde meer dan alleen maar schaken, hij werd schaakgrootmeester en was in de jaren dertig samen met Max Euwe de top van het Nederlandse schaken. In 1936 wist Landau Nederlands kampioen te worden.
Salo was lid van de Nieuwe Rotterdamse Schaakvereniging. In Rotterdam woonde hij vanaf juli 1933 op de Diergaardelaan 56b en vanaf november 1934 op de Oppert 65c.
Toen de 2e Wereldoorlog uitbrak in Nederland probeerde Landau voor de Duitsers te vluchten. Tegen betaling zouden hij en zijn vrouw en naar Zwitserland worden gebracht, maar “helper” bleek een verrader en Salo en Susanna Landau werd op 28 september 1942 op het station in Breda gearresteerd. Hun dochtertje hadden Salo en Susanna laten onderduiken. Susanna kwam op 13 oktober 1942 in Westerbork terecht, Salo via Amersfoort op 7 november 1942. Susanna vertelde het onderduikadres van hun dochtertje, om hiermee een bevoorrechte plaats op de Stammliste te krijgen waardoor deportatie uitgesteld en misschien zelfs afgesteld kon worden. Hun dochtertje Renee werd in november opgepakt en kwam in de crèche bij de Hollandse Schouwburg terecht. Daaruit werd ze gered, en via het huis van Max Euwe ging ze naar haar tweede onderduikadres. Daar werd ze anderhalf jaar later verraden en werd op 11 februari 1944 in Westerbork afgeleverd. Moeder was nog in Westerbork en werd op 4 september 1944 naar Theresienstadt gedeporteerd. Vandaar gingen ze op 12 oktober 1944 naar Auschwitz waar ze twee dagen later werden vergast.
Salo kwam in het Poolse werkkamp Kommando Gräditz terecht. Hier kwam Salo om op 31 maart 1944.
Op 17 juli 1946 werd de schaakvereniging Salo Landau in Axel opgericht, deze vereniging bestaat nog altijd.
Gräditz (Grodziszcze)
Gräditz is een dorp in Neder-Silezië. In 1941 werd hier een werkkamp opgericht van Organization Schmelt waar Joodse gevangenen werden ingezet voor bodemverbetering, voor bedrijven en voor de bouw van barakken. Er werd vooral honger geleden in dit kamp omdat 100 mensen van het karige rantsoen dat voor 40 mensen bedoeld was moesten leven.
In memoriam
Henriette Renee was een van de 18.000 vermoorde kinderen die enkele jaren geleden in de tentoonstelling “In Memoriam” in het Stadsarchief Amsterdam geportretteerd was.
deze pagina is ook geplaatst op de zustersite www.joodserfgoedrotterdam.nl
bron:
stadsarchief rotterdam, Samuel Landau , 494-03 Archief van de Gemeentesecretarie Rotterdam, afdeling Bevolking: bevolkingsboekhouding van Rotterdam en geannexeerde gemeenten, inventaris 851-285, pagina 302805,
nieuwsdossier.nl,
joodsmonument.nl,
wikipedia,
schaaksite.nl,
stadsarchief Amsterdam – in memoriam.
illustratie:
Samuel Landau, privécollectie
laatst bijgewerkt:
3 mei 2020