Samuel Israël Mulder (Amsterdam, 20 juni 1792 – Amsterdam, 29 december 1862) was in zijn tijd van groot belang voor Joods Amsterdam. Hij werd eerst opgeleid tot diamantslijper, later tot onderwijzer en in 1818 werd hij beëdigd tot ’translateur’ bij de rechtbank. Deze functie vervulde hij tot zijn dood in 1862. Goed mogelijk dat dit vertaalwerk bestond uit het vertalen van en naar het Jiddisj, wat zeker in de eerste helft van de negentiende eeuw nog de spreektaal was van een groot deel van de Hoogduitse Joden in Amsterdam, ook toen al de grootste minderheid in de stad.
Mulder was gehuwd met Caroline (Klaartje Jacob) Hartong (januari 1794) en zij hadden drie kinderen; advocaat Israël Samuel (Amsterdam, 22 maart 1827), Frederica (Amsterdam, 5 november 1829) en Jacobus (Amsterdam, 9 december 1831 – 1890). Het gezin woonde onder andere op de Joden Herengracht (Nieuwe Herengracht) 294a (waarschijnlijk het huidige nummer 33) en op dit adres was ook hun dienstbode ingeschreven, Saartje Polak (1798).
Samuel was een leerling van David Friedrichsfeld en door zijn invloed werd hij een van de pilaren van de Nederlandse Haskalah (Joodse versie van de Verlichting). In zijn jonge jaren ondertekende Samuel met ‘Salomon’ of ‘Schrijver’ en zijn achternaam nam hij aan in 1811.
Samuel was leraar Hebreeuws aan de Latijnse School in Amsterdam, Hij werd bekend door zijn vertalingen van de Pentateuch en van de Tora in het Nederlands. Samuel was een tot ver over de landsgrenzen bewonderde hebraïst, auteur en dichter. Hij had veel contact met Joden die actief waren binnen de Haskalah in binnen- en buitenland.
In 1835 werd Samuel benoemd tot Inspecteur der Nederlands-Israëlitische Armenscholen en in 1836 tot Regent-secretaris van het Nederlands Israëlitisch Seminarium. Vanaf 1849 was hij secretaris van de Nederlands Israëlitische Hoofdsynagoge in Amsterdam.
Jacobus Mulder
Zoon Jacobus Mulder was notaris. Een van de huizen waar hij heeft gewoond was in de nummering van voor 1875 Kloveniersburgwal 486, na 1875 Kloveniersburgwal 139, het huidige Hotel Nes. Volgens overlevering was hij de opdrachtgever voor de bouw van de oorspronkelijke twee panden en woonde tot 1866 in het rechterpand, een woonhuis met twee verdiepingen. In 1880 werden de twee panden door architect Gosschalk samengevoegd, en voorzien van een nieuwe gevel in de stijl van de neo-Hollandse renaissance.
bron:
Samuel Israël Mulder, Stadsarchief Amsterdam, Bevolkingsregister 1851-1853, archiefnummer 5000, inventarisnummer 559, blad pagina 353.
Harmen Snel, Joodse leerlingen op een openbare school in Amsterdam in 1823’, in Misjpoge 17 (2004) 2, 34-45.
Omnummeringsregister Amsterdam.
Samuel Israël Mulder; F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks, Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde(1888-1891), geraadpleegd via DBNL.
Jacobus Mulder, Stadsarchief Amsterdam, Bevolkingsregister 1853-1863, archiefnummer 5000, inventarisnummer 295.
Kloveniersburgwal 137-139, Amsterdam op de Kaart, https://amsterdamopdekaart.nl/1850-1940/Kloveniersburgwal/137-139 (geraadpleegd 12 december 2024).
Samuel Israël Mulder, Jewish Virtual Library, https://www.jewishvirtuallibrary.org/mulder-samuel-israel?utm_content=cmp-true (geraadpleegd 12 december 2024).
illustratie:
Samuel Israël Mulder, wikimedia (public domain).
gepubliceerd:
12 december 2024
laatst bijgewerkt:
12 december 2024