Nathan Cohen

Timmerman en bokser Nathan Cohen (Amsterdam, 28 augustus 1913 – Auschwitz, 30 september 1942) werd geboren als zoon van Sara van der Sluis (Rotterdam, 23 oktober 1884 – Sobibor, 20 maart 1943) en bloemenhandelaar Alexander Cohen (Amsterdam, 10 november 1883 – Sobibor, 20 maart 1943).
Naast Nathan hadden Sara en Alexander de volgende kinderen: Israël (Amsterdam, 10 augustus 1907 – Amsterdam, 19 juli 1970), Elisabeth (Duisburg, 15 februari 1909 – Auschwitz, 25 januari 1943), Rachel (Amsterdam, 16 februari 1910 – Auschwitz, 12 oktober 1942), Simon (Amsterdam, 15 oktober 1911 – Amsterdam, 4 juni 1913), Nathan, Klara (Amsterdam, 30 september 1914), Simon (Amsterdam, 1916 – Amsterdam, 1916), Simon (Amsterdam, 15 oktober 1920 – Mauthausen, 2 september 1941), Leentje (Amsterdam, 9 december 1921 – Auschwitz, 23 juli 1942), Rebecca (Amsterdam, 3 september 1923 – Auschwitz, 30 september 1942) en Abraham (Amsterdam, 24 januari 1926 – Amsterdam, 31 januari 1936).

Al op een jonge leeftijd bokste Nathan bij ‘A. B. C. De Jonge Boksers’ op de Wagenstraat Op een foto uit 1924 staat hij, zittend vierde van links, met Ben Bril (zittend derde van rechts) en trainer Sam Glasoog in het midden. We zoeken nog meer namen van de jongens op de foto. Zie hiervoor deze pagina.

Nathan trouwde op 22 februari 1939 met Celina Nord (Amsterdam, 15 maart 1918 – Auschwitz, 19 augustus 1942), en een jaar later kregen zij hun zoon Abraham (Amsterdam, 17 december 1940 – Auschwitz, 19 augustus 1942). In de korte tijd tussen hun trouwen en deportatie woonden Nathan en Celina op 10 verschillende adressen, de laatste twee waren de Nieuwe Kerkstraat 88^-2 en daarna de Blasiusstraat 123^-3. Nathan Cohen bokste bij Maccabi en was begin 1939 nationaal kampioen vedergewicht.

In maart 1939 bokste Nathan tegen Post die bij Sars bokste. De eerste drie partijen bleken de heren niet voor elkaar onder te doen. In de vierde extra ronde kwam het ook niet tot een beslissing na na de vijfde extra ronde werd Nathan tot winnaar uitgeroepen.