Lion Goudsmit werd geboren op 26 april 1864 in Deventer als zoon van Hartog Goudsmit (1826-1886) en Klaartje Drilsma (1826 – 1867). Lion trouwde met Johanna Goudsmit (Amsterdam, 5 augustus 1867 – Amsterdam, 13 april 1923) en na het overlijden van zijn eerste vrouw aan een nierziekte op 4 oktober 1923, met Henriëtte Cornelia Minkenhoff (Amsterdam, 17 oktober 1877).
Lion trok in 1882 naar Amsterdam en werd daar winkelbediende. De behangselpapierfabriek F. Peine te Einbeck (Hannover) zag wel wat in Lion en stelde hem aan als fabrieksagent voor Nederland en België. Die aanstelling werd al snel omgezet in een zelfstandig importeur.
Lion was innovatief en zette een heel nieuwe manier van bedrijfsvoeren op, waardoor een groot aantal afnemers – behangers en schilders – in staat werd gesteld om zelfstandig zaken te doen zonder dat ze veel hoefden te investeren in voorraden. De zaak van Lion floreerde. In 1926 kon hij Nederlandse kunstenaars inzetten om behang te ontwerpen. In 1930 opende Lion een behangfabriek aan de Planciusstraat in Amsterdam (Westelijke eilanden) die zo succesvol werd dat hij moest worden uitgebreid. In plaats van een uitbreiding ter plekke koos Lion voor een verplaatsing naar de Distelweg 88. Ook hier moest Lion tot uitbreiding overgaan en voor de oorlog was het bedrijf gegroeid tot een onderneming met 20 filialen en 250 man personeel. Al voor de oorlog trok Goudsmit zich vanwege zijn leeftijd uit het zakenleven terug.
Ook op sociaal gebied was Lion Goudsmit actief. In 1907 was hij medeoprichter van de Vereeniging “Voor Jong Nederland”, een vereniging voor de uitzending van zwakke kinderen van alle gezindten naar vakantieoorden. Door zijn werk werd er een groot koloniehuis aan de Verspeijkweg 5 in Bergen aan Zee gebouwd.
In de oorlog heeft Lion getracht om op de lijst van het Plan Frederiks geplaatst te worden, waardoor hij naar Barneveld kon in plaats van gedeporteerd te worden. Deze aanvraag werd afgewezen. Lion werd gedeporteerd en op 3 september 1943, samen met zijn vrouw Henriëtte, in Auschwitz vermoord. Zijn zoon Johan Leon (Amsterdam, 21 februari 1895) werd op 6 maart 1944 in Auschwitz vermoord.
De andere kinderen van Lion en zijn eerste vrouw, Lizzy Henriëtte (18 april 1890), Frits Wilhelm (28 juli 1899) en Ernst Casimir (11 april 1903) overleefden de oorlog.
Lion en Henriëtte woonden in februari 1941 op de Minervalaan 72h. Een foto van Lion is te zien via deze link.
bron:
CV aanvraag Barneveld met dank aan H Pieper-Theeboom
“Advertentie”. “Algemeen Handelsblad“. Amsterdam, 19-04-1930. Geraadpleegd op Delpher op 25-04-2017, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010660937:mpeg21:a0077
“Advertentie”. “De Maasbode“. Rotterdam, 10-02-1938. Geraadpleegd op Delpher op 25-04-2017, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB04:000193108:mpeg21:a0101
www.joodsmonument.nl, lemma Lion Goudsmit
ziekte Johanna Goudsmit informatie email E. Lederer 29 april 2017
NIOD, Archief 101b, inventarisnummer 303
illustratie:
“Advertentie”. “Algemeen Handelsblad“. Amsterdam, 19-04-1930. Geraadpleegd op Delpher op 25-04-2017, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010660937:mpeg21:a0077
“Advertentie”. “De Maasbode“. Rotterdam, 10-02-1938. Geraadpleegd op Delpher op 25-04-2017, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB04:000193108:mpeg21:a0101
foto koloniehuis http://www.dokin.nl/refugee-homes-in-nl/bergen_n-h_koloniehuis_zeehuis
laatst bijgewerkt:
27 september 2019