In 1850 werd de gevangenis aan het Kleine Gartmanplantsoen (Weteringschans) gebouwd. Bij het uitbreken van de oorlog was deze gevangenis al te klein en kreeg Amsterdam een tweede gevangenis, aan de Amstelveenseweg. Gedurende de 2e wereldoorlog werden de gevangenis aan de Weteringschans door de bezetter gebruikt, net zoals het gebouw wat na de Februaristaking ook als gevangenis gebruikt werd, het Lloyd Hotel.
In deze gevangenis werden talloze gevangen opgesloten door de SD. Dit waren bijvoorbeeld onderduikers en verzetslieden. De gevangenis werd niet alleen gebruikt voor het opsluiten, maar ook voor de verhoren. Vaak was de gevangenis een tussenstation en werd men later naar het Oranjehotel (strafgevangenis in Scheveningen) of de kampen (Amersfoort, Vught of Westerbork) gebracht of men werd gefusilleerd in de duinen bij Overveen.
Een van de personen die hier voor het fusilleren zat opgesloten was Willem Arondeus, een van de verzetshelden die de aanslag op het bevolkingsregister pleegde.
Bevrijdingspogingen
In april 1944 zaten er inmiddels zoveel kopstukken van het verzet opgesloten aan de Weteringschans dat het verzet een poging ondernam om deze mensen te bevrijden. Er werd een plan gemaakt om in de nacht van 30 april op 1 mei 1944 te gevangenis te overvallen. Dit was niet eenvoudig en uit het hele land werden ervaren verzetsmensen naar Amsterdam gehaald om deze klus te klaren. In totaal 28 personen waren erbij betrokken, waaronder ook een Nederlandse bewaker van de gevangenis, Van Welsum. Een en ander zou midden in de nacht plaatsvinden. Helaas mislukte deze poging. Van Welsum had wel een deur opengelaten maar de bevrijders waren er niet op berekend dat er toch honden in de gevangenis aanwezig waren. Deze kwamen blaffend op de bevrijders af, die geen keus hadden en op de honden moesten schieten. Dat alarmeerde de bewakers en een vuurgevecht volgde, waarbij Gerrit van der Veen in zijn benen geraakt werd. Hij ontsnapte en werd verpleegd maar de bezetter begon met een klopjacht op de bevrijders en Van der Veen werd opgepakt op het verpleegadres en op 10 juni 1944 in de duinen van Overveen gefusilleerd.
De tweede poging was op 14 juli 1944. Deze tweede poging mislukt door verraad en kost 13 verzetsmensen het leven, waaronder Johannes Post.
Jodenbarak
Op de binnenplaats van de gevangenis stond de “Jodenbarak”. Hier werden hier soms zestien gevangenen opgesloten. Joodse gevangenen moesten uren achter elkaar op de binnenplaats rondlopen, daarbij roepend: “ik ben Jood, sla me dood, het is mijn eigen schuld! “.
Anne Frank
Anne Frank bracht haar laatste nachten in Amsterdam hier door. Na haar verraad op 4 augustus 1944 werden de bewoners van het Achterhuis eerst twee nachten opgesloten in de SD-gevangenis aan de Euterpestraat (Gerrit van der Veenstraat). Op 8 augustus gingen ze via het Centraal Station naar Westerbork, op 6 en 7 augustus verbleven ze in de gevangenis aan de Weteringschans.
Nu
De gevangenis werd gesloten in 1979. De voormalige luchtplaats is nu het Max Euweplein en het hoofdgebouw van de gevangenis is het gedeelte wat nu groen geverfd is.
laatst bijgewerkt:
18 september 2019