David Tobias “Theodore” Bamberg – Fu Manchu

David Tobias “Theodore” Bamberg werd geboren op 19 februari 1904 en overleed op 19 augustus 1974. Hij was de zesde en laatste lid van de Bamberg-dynasty, een dynastie van goochelaars, waarbij het magische talent steeds overging op de eerstgeboren zoon.

David was de oudste zoon van Tobias Bamberg, die als “Okito” optrad, en Lilian Poole, de dochter van Charles William Poole. Charles Poole was een van broers die het beroemde Poole’s Myriorama uitbaatte, een reizend diorama in Engeland.

Gedurende de tour van Okito door Europa werd Lillian zwanger. Zij bleef hem echter assisteren en verborg haar zwangerschap middels haar Chinese kostuum. Toen ze in Rusland optraden was Lillian bang dat de geboorte daar ging plaatsvinden. Ze zei de rest van de optredens af en reisde terug naar Engeland.
Op 19 februari 1904 werd daar, in Derby, haar eerste zoon geboren, David genaamd, en hij zou later nog één broer en één zus krijgen.
David bleef het eerste jaar bij zijn grootvader wonen terwijl zijn vader de uitgestelde contracten in Rusland nakwam. In Rusland kwam David voor het eerst op het podium, vier jaar oud, als een klein Chinees jongetje die uit een kleed tevoorschijn kwam.

Nadat de Europese toer beëindigd was werd vader Tobias benaderd door de Amerikaanse vaudeville-agent Martin Beck. Een contract van zes maanden om in het Orpheum Circuit in de Verenigde Staten te gaan spelen was het gevolg. Lily en David gingen mee naar de VS. Met het geld verdiend in Europa en de VS besloot Tobias om te stoppen met de show business en in New York te gaan wonen. Hij opende een winkel, samen met Joe Klein, in goochelartikelen op de hoek van Broadway en de 28^e straat die Bamberg Magic and Novelty Company. Hier stelde hij exclusieve trucks samen voor goochelaars als Harry Kellar, Frederick Eugene Powell, Bernard M L Ernst, Samuel Leo Horowitz en andere bekende goochelaars in de Verenigde Staten.

David deed zijn eerste truck op het podium toen hij vijf jaar oud was tijdens een bijeenkomst van de Society of American Magicians. Het was een kaarttruck en hij vroeg de voorzitter van de vereniging Harry Houdini om hem te assisteren. David Bamberg zei daar later over dat maar weinig goochelaars zo’n beroemd assistent hebben gehad.

David zei dat hij nooit door de fase van brandweerman/cowboy/vliegenier ging maar dat hij een speelgoedtheater maakte en daarmee fantaseerde dat hij de beste goochelaar was en een grootse show neerzette.

Het ging echter economisch slecht in het begin van de vorige eeuw. Harry Kellar overtuigde Bambergs vader dat hij illusies voor de Thurston Show moest maken. Bamberg reisde toen mee met deze beroemde illusionist, Howard Thurston.

Howard leerde David verschillende kaarttrucks. Gedurende deze tour presenteerde Howard David als zijn toekomstige opvolger. Hij deed deze belofte aan verschillende bekende goochelaars. David twijfelde er niet aan dat hij op een zekere dag zijn eigen show zou hebben.

Door de contacten die zijn vader had ontmoette hij grootheden als Houdini, Kellar, Horace Goldin en andere bekende goochelaars rond het begin van de vorige eeuw.
In 1911 werd de zus van David, Dorothy, geboren in Grand Rapids, Michigan, en ze stond bekend als de Grand Rapid Baby. Thurston werd haar peetvader. Kort na de geboorte van Dorothy ging het gezin Bamberg terug de oostkust en ging wonen in Brooklyn. Daar verstopte hij zich tussen de goochelspullen van zijn vader, waar hij trucks leerde uit de boeken van zijn vader.

Syko the Psychic
Op school stond David bekend als “de jongen met het witte haar”. In de zomer van 1917, 13 jaar oud, werd David lid van The Zancigs. Hij ging met Julius Zancig, de wereldberoemde telepathist, werken nadat Agnes, de vrouw van Zangic, overleed. Zangic en zijn vrouw waren de beroemdste telepathisten van hun tijd. Bamberg, onder de naam “Syko the Psychic” leerde de beroemde codes en speelde de rol van het geblinddoekte medium. Hij voltooide zijn opleiding in de VS en ging naar Engeland om verder te leren.

Terug naar de Verenigde Staten
In 1921 keerde David terug naar de VS en trad in verschillende voorstellingen op. Hij ontmoette Hilda Seagle die met hem via Zangic optrad. Ze trouwden op 2 november 1923. Gedurende de drooglegging (periode dat in de VS geen alcohol geschonken mocht worden) werkte Bamberg in nachtclubs en hij ging later weer naar het buitenland. Hij trad op in Wenen en maakte een toer door Europa. Hij werkte ook samen met zijn vader en leerde zo zijn “Chinese” trucks.