Hij was schoenmaker van beroep, maar speelde een essentiële rol in de synagoge. Wie was Abraham Stodel?
Abraham Stodel werd geboren op 19 juli 1887 als zoon van Salomon Stodel (1854) en Aaltje Visser (1858) en hij trouwde op 14 mei 1914 met Espérance Abram (Amsterdam, 27 april 1884). Espérance en Abraham kregen op 21 mei 1916 een zoon, Salomon. Salomon overleed op 6 oktober 1916.
Abraham was een bekend persoon in Joods Amsterdam. Abraham was de beste chazzan (voorzanger) onder de schoenmakers en de beste schoenmaker onder de chazzoniem. Dat kwam door de tijd dat er een chazzan Stoutsker was. Deze chazzan was ongehuwd en volgens de halacha (Joodse Wet) is het niet toegestaan om een ongehuwde man op Jom Kippoer (grote Verzoendag) en Rosj Hasjanna (Joods Nieuwjaar) dienst te laten doen. Men loste dit op door aan Stodel te vragen om bij deze diensten als chazzan dienst te doen. Dat deed hij in de Grote Sjoel en vandaar de uitdrukking dat Stodel de beste chazzan onder de schoenmakers was en de beste schoenmaker onder de chazzoniem.
Abraham en zijn vrouw woonden naast PIGOL op de Muiderstraat 19hs, recht tegenover apotheek De Castro. Volgens de ene bron hadden zij geen kinderen, volgens het stadsarchief een zoon Salomon. Toen Abraham de oproep kreeg om zich te melden bij de nazi’s had hij de schoenen van zijn klanten nog in huis. In plaats van het leven van zijn gezin te redden zag hij het als zijn plicht om zijn schoenen af te maken en terug te brengen bij de klanten. Hij wilde niet dat, wanneer hij naar Westerbork moest, zijn klanten hun schoenen kwijt zouden zijn. Tot het laatst deed hij, met wegcijfering van zichzelf, zijn plicht. Abraham en Espérance werden op 23 juli 1943 in Sobibor vermoord.
In maart 1982 schreef het NIW over Abraham: “Dan had je Stodeltje, de chazzan. uit de Muiderstraat. Stodel was een schoenmaker, maar hij was ook hulpchazzan. Als een van de chazzoniem ziek was moest hij invallen. Hij had een soort aardappel in zijn keel. Die trilde altijd. Op maandagmorgen kwam hij schoenen ophalen in een blauwe zak. Een gein van een mannetje. Een hele bekende persoonlijkheid in joods Amsterdam.”
bron:
In de weeshuizen was het Tsedoke met belletjes in Tamara Benima, Kippesoep was ondenkbaar zonder saffraan (Bussum, 1985) 98-101
Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Abraham Stodel
Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Abraham Stodel.
“Bedelen”. “Nieuw Israelietisch weekblad“. Amsterdam, 12-03-1982. Geraadpleegd op Delpher op 24-08-2017, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010859166:mpeg21:a0110
laatst bijgewerkt:
27 september 2019